De technische commissie van Wevo’70 is bijzonder verheugd te kunnen melden dat er in de persoon van Hans Löwik een nieuwe trainer/coach voor D1 én voor MA1 is gevonden.
Met Hans Löwik heeft Wevo’70 een zeer ervaren trainer/coach binnengehaald die het klappen van de zweep kent in het regionale volleybal. Hij was in de afgelopen jaren in dienst van een reeks Twentse clubs, tot aan bijna het hoogste niveau toe, bij zowel mannen als vrouwen.
De afgelopen vijf jaar was hij actief bij Esch Stars, waar hij eveneens D1 en MA1 onder zijn hoede had. “Dat vind ik ook een mooie combinatie. Het trainen van talentvolle jeugd vind ik zeker zo mooi om te doen, om ze dan de sprong te laten maken naar de senioren op een goed niveau. Dat heb ik bij Esch Stars ook mee mogen maken, daar begon ik met een talentvol B-team en dat resulteerde in de A-jeugd in een kampioenschap in de topklasse en een vierde plaats van Nederland. En drie speelsters zijn daar nu een belangrijke waarde in D1.”
Insteek van Wevo’70
En dat was nou juist ook de insteek van Wevo’70, waar het eerste vrouwenteam na de succesvolle opmars naar de eerste divisie komend seizoen een stapje terugdoet naar de derde divisie. En waar in de jeugd een talentvol team in MB1 (komend seizoen MA1) stappen vooruit wil zetten onder leiding van de voormalig spelverdeler Löwik. “Dat was voor mij wel een belangrijk punt, ja. Het liefst had ik ze nog net iets eerder gehad, als B-jeugd. Maar het is nog jonge A-jeugd nu en dat biedt ook nog wel perspectief, denk ik.”
Op het goede moment
Löwik vertelt dat het telefoontje van Wevo’70 precies op het goede moment kwam, voor beide partijen. “Er was meer interesse, maar ik had dat afgehouden want ik zou op reis gaan voor een goed doel. Als het telefoontje twee dagen eerder was gekomen, had ik gezegd dat ze over een paar maanden maar eens weer moesten bellen.”
Hard werken als basis
Wat hij bij Wevo’70 kan verwachten, weet hij nog niet zo goed. “Van het team van afgelopen seizoen is niet zo heel veel meer over, begreep ik. Ik ben afgelopen dinsdag toch maar eens wezen kijken bij een training en ik had de indruk dat een aantal daardoor toch wel een beetje zenuwachtig was. Dat vond ik wel een goed teken. Ik vind het belangrijk dat een team hard wil werken, dat is de basis en vandaaruit gaan we kijken hoe ver we kunnen komen.”